vrijdag 28 juni 2013

IJSLAND 2013 - dag 14: the end

4.45 uur lokale tijd. Met een minuut verschil liepen niet minder dan drie gsm-wekkers af na een veel te korte nacht. Een zucht, een kreun, maar we moesten er onverbiddelijk uit. In de gangen van Guesthouse Alex in Keflavik klonk er rond 5 uur schijnbaar alleen Nederlands. Moesten die allemaal de vlucht naar Brussel halen?

Bij het openen van de gordijnen stelden we vast dat de zondvloed bleek te zijn losgebroken... Gierende wind en gietende regen zoals we die al een tijdje niet meer hadden gezien! Een snel ontbijtje (een 'aperontbijtje' voor Sven, die alles nog eens uitgebreid en op het gemak kon overdoen nadat hij ons had gedropt), de bagage in de auto laden en na nog geen halve minuut buiten doorweekt zijn: dat was ons afscheid van IJsland deze keer... zouden we Thor of Odin iets misdaan hebben?

Bij Leifur Eriksson namen we afscheid van Viking Sveini. Vanaf hier gaat hij na twee weken terug solo. Het vervolg van zijn reis lees je op http://sven-in-ijsland.blogspot.com. Wij trokken richting gate en stegen met een half uur vertraging op richting Brussel door een te laat aangekomen connecting flight uit de States.


Puffins, wollen sokken en avontuur hebben we deze keer alledrie gehad, maar het noorderlicht hebben we nu nog niet gezien... zouden we nog een moeten terugkeren?

IJSLAND 2013 - dag 13: de parel en zijn saga's

Na het ontbijt op de vierde verdieping van onze Loft, maakten we uitgebreid gebruik van de internetverbinding. Na het isolement in de Westfjorden moesten we even terug met de wereld connecteren.

Catharina had gisteren nog een winkel gemist, maar die opende pas om 11 uur. Lies wou nog langs een IJslandse ontwerpster, maar vond er haar gading niet, Annie was zo goed als uitgeshopt en Sven zou de volgende dag tijd zat hebben om zijn eenzaamheid vol te shoppen. We brachten dan nog maar een blitzbezoek aan het Harpa (dat dit jaar onze Gentse stadshal beconcurreerde voor de Mies Van der Rohe-prijs voor architectuur en die naar onze bescheiden mening terecht won - sorry Stad Gent, ja, we supporterden stiekem voor de IJslanders) en wandelden daarna door naar de oude haven voor een laatste 'fried cod lunch'. Kort na de middag zetten we koers naar iets dat geen van ons vier al eerder had bezocht: het Perlan en zijn Saga Museum.

Het Perlan of 'de parel' valt van ver op door zijn in de zon blinkende glazen koepel van 25,7m hoog. Het imposante gebouw is eigenlijk de watertoren van de stad Reykjavik, bedoeld voor de stadsverwarming. Vijf van de zes tanks zijn nog steeds in gebruik en bevatten samen 21 miljoen liter water. De zesde tank is omgebouwd tot Saga Museum. Boven de tanks is een observatiedek geconstrueerd van waarop je een 360° panorama op de stad en de omgeving hebt en bovenaan in de koepel is een ronddraaiend restaurant gevestigd. Een volledig rondje neemt er twee uur tijd en een grote hap uit je budget in beslag. We kozen voor het gratis toegankelijke panoramadek, observeerden een tijdje de trainingssessies van beginnende piloten op Domestic Airport en aten er na onze verplichte photo shoot alweer...een ijsje!


Van de nodige energie en calorieën voorzien, stortten we ons daarna in de IJslandse geschiedenis. Het Saga Museum deed door zijn opstelling en werken met audiogids denken aan de Canterbury Tales. In 17 verhalen wandelden we langs zo levensechte poppen en taferelen, dat we op sommige plekken serieus begonnen te vrezen dat de Vikingen van hun rots zouden springen of je op de schouder zouden tikken. Catharina en Annie hadden bij het slotfilmpje zelfs nooit doorgehad dat ze naast een pop hadden gezeten, tot we hen later in de auto vertelden dat de blonde meneer toch wel heel aandachtig naar het scherm had gekeken... Haar slogan 'history brought to life' heeft het museum krachtig omgezet. Zo hebben we het graag, al waren we een beetje lichtjes overdonderd door feiten en weetjes.

We verlieten IJsland niet zonder nog eens de geur van kokende modder, dampende aarde en zwavel te gaan opsnuiven in het geothermisch gebied Seltún-Krýsuvík. Voor Catharina was dat het nieuw terrein, de anderen hadden dit vorig jaar met meme en grootva bezocht. Daarna reden we door naar Keflavik, vanwaar de volgende ochtend onvermijdelijk onze Icelandair vlucht naar huis vertrok. We gingen in het kleine stadje dat wellicht grotendeels draait op aan- en afvliegende toeristen geheel ontoepasselijk Thais gaan eten en konden maar beter tijdig in ons bed kruipen.

donderdag 27 juni 2013

IJSLAND 2013 - dag 12: terug in de beschaving

Na het ontbijt in Stykkisholmur hadden we maar één doel voor ogen: zo snel mogelijk naar de hoofdstad. Ieder van ons had na 10 dagen dorpjes en gehuchtjes amper de naam dorp waard wel zijn eigen reden voor een bezoek aan de Laugavegur en aanpalende straten... Dat Reykjavik ongeveer 150km verderop in het zuiden lag, leek eerder een detail en een goeie twee en een half uur later parkeerden we knal in het centrum van de stad. We trokken in in de gloednieuwe jeugdherberg 'Loft', een aanrader. Pas open sinds april 2013, perfect gelegen en naar Scandinavische norm stijlvol ingericht.
 
Reykjavik is 's werelds meest noordelijk gelegen hoofdstad en de westelijkste hoofdstad van Europa. De stad zou gesticht zijn door de kolonist Ingólfur Arnarson, die toen hij de IJslandse zuidkust naderde twee aan Thor gewijde houten balken over boord van zijn schip gooide. Hij zwoer een boerderij te bouwen op de plek waar ze aan land spoelden. Zijn slaven vonden ze in 877 aan de baai van Faxaflóí terug en de kolonist vestigde er zich als eerste permanent. Hij noemde de plek 'rookbaai' (reykur = rook, vik = inham of baai) omdat hij rook zag opstijgen uit de hete bronnen in de omgeving.

Huidig 'Groot-Reykjavik' telt nog zes voorsteden en samen huisvesten ze ongeveer twee derden van de totale IJslandse bevolking. In het centrum, gedomineerd door de Hallgrimskirkja, beginnen we zo stilaan onze weg te kennen. Ook de klassieke souvenirs kennen we ondertussen, maar ook hier komen en gaan winkels en zo ontdekken we toch altijd weer iets nieuws. Op amper drie uur hadden we dan ook alles bijeengesprokkeld dat we nog naar huis wilden meenemen. Afsluiten deden we 's avonds in stijl met iets dat we nog nergens anders ter wereld op de menukaart hebben aangetroffen: de absoluut aan te bevelen combinatie van kreeft met lamssteak.

IJSLAND 2013 - dag 11: Snaefell the devil

Snæfellsnes is mooi. Daarover zijn we het met elke reisgids roerend eens. Het was dan ook voor niemand van ons een eerste bezoek. IJslands grootste schiereiland heeft niet alleen een vulkaan met ijskap, maar ook lavavelden, kliffen, zwarte stranden, grotten, basaltformaties, watervallen, meren, warme en koude waterbronnen en vat het land op die manier eigenlijk een beetje samen. Maar wat niemand van ons eerder had gedaan, was de gletsjer van de Snæfell zelf opgaan... 1446m hoog en gekenmerkt door twee 'hoorntjes' (eigenlijk de echte vulkaankraterwand van maar liefst 200m hoge loodrechte rots), was de Snæfelljökull ook Jules Verne niet ontgaan. Hier vertrok ook zijn reis naar het middelpunt van de aarde. Dat wouden we wel eens met eigen ogen gaan bekijken! En een sneeuwscooter op een gletsjer... dat is altijd fun!

We ontwaakten opnieuw onder een stralende hemel, ideale omstandigheden om ons doel waar te maken! Na het ontbijt zetten we via de noordelijke kustroute, het stadje Grundafjördur (waar we op onze vorige bezoeken logeerden) en het dwarsbaantje dat de Snæfell mooi onthult, koers naar Arnarstapi, vertrekpunt van alle mogelijke trips naar de top.

Aangekomen aan de zuidkant van het schiereiland, viel het ons meteen op dat het er meer bewolking was dan aan de andere zijde, maar toch... Na de lunch informeerden we naar de prijsverschillen tussen snowmobile en snowcat. De prijzen die ons werden meegedeeld, bleken echter het dubbele te zijn van wat we zelf via internet vooraf hadden opgezocht en wat in onze reisgids stond vermeld! Geaffronteerd gingen we op zoek naar een andere aanbieder. We kregen er een gelijkaardig verhaal...de prijzen waarover we beschikten waren die van 2012 of zelfs 2011! Slik! De IJslanders zijn hun crisis blijkbaar te boven...

Alsof de financiële desillusie nog niet genoeg was, was ook de top van de Snæfelljökull ondertussen in de wolken verdwenen. Zelfs de goedkopere sneeuwcat bleek in die omstandigheden geen optie meer. Onze Sveini besloot het heft dan maar in eigen handen te nemen en het steile gravelbaantje zelf op te rijden. Boven zouden we wel zien wat we deden... Hoe meer we stegen, hoe lager de mist zakte en hoe minder we zagen. Aan het bord 'road impassable' maakten we onvermijdelijk rechtsomkeer en nog voor we het dal bereikten, begon het ook nog eens te regenen. We gaven op, 2-0 voor de vulkaan: vorig jaar te weinig sneeuw op de gletsjer en nu zagen we amper nog een berg...


Tijd om terug naar de zonnigere noordzijde van Snæfellsnes te rijden (waar we de hoorntjes van de snoodaard wel degelijk terug mooi zagen blinken) en onszelf te gaan troosten in ons favoriete mosselrestaurant...


IJSLAND 2013 - dag 10: Flatey

verslag volgt...


IJSLAND 2013 - dag 9: the far west


verslag volgt...

dinsdag 25 juni 2013

IJSLAND 2013 - dag 8: Sveini

De hoofdstad van de Westfjorden gaan wij deze keer beter verkennen, wat neerkomt op een half uurtje. Onze fun shopmomenten moeten wij kwijt in de toch wel vijf winkels in de hoofdstraat.

Wij rijden langs de kust omlaag, waar wij terug spectaculaire landschappen kunnen bewonderen. Het avontuurlijke van deze weg is dat het in feite een bergweg is, die zich door sneeuwlandschappen, groene valleien en langs de boorden van de fjorden slingert. In het botanisch tuintje van Skrudur vormen twee reusachtige walvisbeenderen de toegang tot een oase van rust en vrede. Wij beslissen dan ook tussen de weelderige schakeringen van bloemen, bomen en struiken te lunchen.


Vervolgens rijden wij door vissersdorpjes van één straat groot en komen in Hrafnseyri, de geboorteplaats van de vrijheidsstrijder Jón Sigurdson, die de onafhankelijkheid van Denemarken reeds een halve eeuw ervoor voorbereid had. Een prachtige plek aan een fjord die omzoomd is door besneeuwde bergtoppen, met een kerkje, een museum en een koffiehuisje waar wij onze tweede Nerowafel met slagroom veroberen, en waar Catharina haar Rocsalied uit volle borst begint te zingen: Treat yourself good.
Het wordt een IJslands café chantant, waar Lies en Catharina a capella verder afsluiten met het Zuid-Afrikaanse lied 'Siya hamba'.


Bij de indrukwekkendste waterval van de Westfjorden, de Dynjandi, die zich als een driehoek van de 100m hoge rotswand stort, poseert onze zeemeerman Sveini op de verschillende rotsen onder het jubelend applaus van zijn fans. Gezwind bereiken wij onze eindbestemming in Flokalundur.

IJSLAND 2013 - dag 7: fjord in fjord uit

Na het breken van een glas bij de opkuis van onze chalet in Nordurfjördur, moesten we wel voor de rest van onze reis gezegend zijn, want de scherven waren werkelijk in alle richtingen uiteen gespat. Helaas was het wel de allereerste dag met lichte ochtendregen... gelukkig stopte het vrij snel.

We verlieten vandaag het noorden van de Westfjorden en zetten stilaan koers naar het uiterste westen. Een eindje dalen, de bergen over en we konden beginnen kronkelen richting hoofdstad van de Westfjorden. Wie nog aan de benaming 'Westfjorden' zou twijfelen, kreeg vanaf hier ruimschoots bevestiging: achtereenvolgens draaiden we om de Isafjördur, de Mjóifjordur, de Skötufjördur, de Hestfjördur en de Alftafjördur tot in de Skutulsfjördur, waar de stad Isafjördur is gelegen. Stad, jawel, er wonen zowaar 2600 mensen en dat is veel als je weet dat er in het totale Westfjordengebied maar een goeie 7000 zijn.
 
Ondertussen een vaste waarde op de rondreizen, is de picknick met perzik en tonijn, voor de gelegenheid aangelengd met IJslandse kaviar. Etienne Andries, het heeft gesmaakt :-) ! En met de auto als windscherm, was het nog gezellig zitten ook. Een fjordje verder, voegden we in Litlibær een verrassend dessert aan onze maaltijd toe. Overheerlijke hartjeswafels met slagroom, huisgemaakte bosbessenconfituur en koffie bij een al even overheerlijk vriendelijke mevrouw. Het kleine boerderijtje was al sinds jaren eigendom van de familie van haar echtgenoot en ze woonden er ooit met niet minder dan 20 personen.


Isafjördur zelf, bleek bij onze aankomst behoorlijk uitgestorven te zijn. We vonden er toch een open restaurantje en aten er tot onze eigen verbazing zowat de meest sublieme vissoep ooit, gevolgd door een lekkere catfish. 's Avond bleek er een lokake hippe groep op te treden en het volk stroomde plots toe... wij pasten en trokken ons terug in onze Edda. Onderwijsmensen moeten toch af en toe nog eens in een school kunnen slapen...!

 

IJSLAND 2013 - dag 6: waar is dat zwembad aan de noordelijke IJszee?

Na een uitgebreid ontbijt in het gerestaureerde hotel Djupavik, waar vroeger in de jaren '30 de vrouwen sliepen die als seizoenarbeidsters werden ingeschakeld, krijgen wij een rondleiding in de oude, vervallen haringfabriek door de Duitse Claus, die als fotograaf verliefd werd op IJsland, en op de westelijke fjorden in het bijzonder. De haringfabriek was in 1935 de grootste betonnen fabriek in IJsland en in Europa.

De rondleiding is een ware tocht door het verleden: niet alleen omwille van de harde en barre omstandigheden, waar de IJslanders in moesten werken bij het verwerken van haringen tot olie, poeder, veevoeder, en meststof, maar ook de vervallen en verweerde muren en werktuigen zijn nog steeds de stille getuigen van het industriële productieproces tot de fjord leeg gevist werd en de haringproductie stilviel in 1957. Hotel Djupavík heeft de oude fabriek overgenomen en bepaalde ruimtes ervan worden nu gebruikt voor tentoonstellingen, concerten en toneelvoorstellingen.

 
Wij verlaten Djupavik en rijden verder noordwaards naar Nordurfjordur. De rit langs de fjord is wondermooi: de kobaltblauwe hemel reflecteert in het turquoise water van de fjord tegen de besneeuwde bergtoppen. En u raadt het nooit : onze chalet heeft zicht op de fjord! Wij zijn er stil bij geworden om al deze pracht in ons op te nemen..De rest van de middag en avond willen wij dan ook als echte IJslanders doorbrengen, en wij rijden zowaar naar een swimmingpool met water van 37graden uit de warmwaterbronnen in Krosnes met de noordlijke ijszee als decor. Wat een luxe, wat een zengevoel in deze natuurlijke omgeving! Vanuit de zwemkom zien wij de vissersbootjes de haven binnenvaren, en besluiten te gaan kijken hoe groot de visvangst zal zijn. Gelukkig is er ondertussen de quota, en mag iedere boot tot 750kg kabeljauw 4xweek vangen. Met glanzende ogen kijken de vissen ons aan, om verder naar de vroegmarkt in Reykjavik vervoerd te worden.


 
De zon is nog steeds van de partij en wij drinken onze aperitief op ons natuurlijk terras aan onze chalet, waar wij helemaal de baai van de fjord voor ons hebben. Wij zijn ondertussen gewend aan onze 24uren licht per dag. Wij genieten er met volle teugen van, en toasten op de nationale feestdag van IJsland. Cheers!

IJSLAND 2013 - dag 5: naar het einde van de wereld

Vanmorgen ontwaakten we onder een bewolkte hemel, maar de ervaring van de laatste dagen leert ons dat we daarover helemaal niet bezorgd moeten zijn, omdat in de loop van de dag de hemel steeds weer opentrekt en dat we in de namiddag steevast het zonnetje mogen begroeten. We duimen alvast.

Het ontbijt werd in de gemeenschappelijke keuken van onze bungalow gebruikt en nadat we onze bolide alweer volgeladen hadden trokken we rond 10 uur de deur achter ons dicht. Na een korte rit van amper een kilometer hielden we halt bij het uitkijkplatform ter hoogte van Hvitserkur, een rotspartij die vòòr de kust op het strand staat en lijkt op een draak of prehistorisch monster dat op het strand rustig aan het drinken is. Vele vogels nestelen zich in deze vrijstaande wand en laten heel wat uitwerpselen op de rotsen achter, die het gesteente een witte kleur geven, vandaar de naam Hvitserkur of ‘wit hemd’.



We rijden verder het schiereiland Vatsnes af in noordelijke richting. Na ongeveer 30 kilometer over gravelweg te zijn gehobbeld komen we aan een uitkijkplaats voor zeehonden, althans, zo wordt het aangegeven op een bord langsheen de weg. We zijn er niet alleen. Vele spotters hebben postgevat op het keienstrand, maar tevergeefs, de zeehonden laten zich niet zien. Plots wordt dan toch een koppeltje van deze elegante zeezoogdieren gespot, doch met het blote oog zijn ze nauwelijks te zien.

Aan de horizon begint de hemel open te trekken en geleidelijk aan komen de besneeuwde bergtoppen van de Westfjorden in zicht. We rijden Vatsnes verder terug in zuidelijke richting en sluiten aan op de ringweg 1. Na ongeveer 50 kilometer rijden komen we aan in Brú, IJslands voor ‘brug’, een belangrijk knooppunt waarbij de ringweg en de wegen die leiden naar de Westfjorden elkaar ontmoeten. We gooien de dieseltank nog eens goed vol, voorzien onze eigen inwendige mens ook nog van allerlei lekkers en een uurtje later beginnen we aan onze 250 kilometer lange rit naar onze eindbestemming van vandaag: Djupavik, een onooglijk gehuchtje aan de oostkust van de schiereiland van de Westfjorden. Het weer is ondertussen volledig opgeklaard en we rijden onder een staalblauwe hemel in noordelijke richting.

Onderweg houden we nog even halt in Hólmavik, de laatste grote ‘stad’, waar we nog wat boodschappen doen en dan begint het echte werk. We rijden langsheen de Strandavegur, een kustweg die zich langsheen steile berghellingen, kleine fjorden en de woeste rotskusten van de Noordelijke IJszee naar het noorden slingert.

Na ongeveer 100 kilometer slingerende gravelweg te hebben verwerkt, doemt in een diep ingesneden fjord de verlaten en vervallen haringfabriek van Djupavik op, samen met een handvol huisjes en een hotel, waar we vannacht zullen slapen. De omringende bergen en de krachtige waterval die ter hoogte van het gehuchtje naar beneden klettert geven het geheel een melodramatische aanblik.

We trekken in in Alfasteinn, één van de gerestaureerde cottages en genieten van een welverdiend aperitief, vooraleer we een lekkere visschotel in het gemoedelijke hotel Djupavik gaan verorberen. Algauw trekken we ons terug in de cottage en genieten van een welverdiende nachtrust, dromend van een weg vol bochten langsheen steile kusthellingen en bergflanken. Slaapwel.



Sven, Lies, Annie en Catharina.

                   

IJSLAND 2013 - dag 4: op weg naar onbekend terrein

In 2011 was Akureyri het meest noordelijke punt van onze route geweest. Op onze eerste dagtrip van 2013 overstegen we dit punt al een klein stukje, maar vanaf vandaag gingen we verder en keerden niet meer op onze stappen terug. Vanuit Reykjalhið reden we langs de zuidelijke oever van het Myvatn of Muggenmeer terug naar IJslands tweede grootste stad en gingen daarna via een bezoek aan de turfhuisjes van Glaumbaer verder richting het schiereiland Vatsnes. Eindbestemming van de dag was Ósar, een goeie 280km verderop en vooral populair voor zijn immer nieuwsgierige zeehondenkolonie aan de overkant van de rivier.



Rond het middaguur drong het tot ons door dat het zondag was en dat we door de superdag gisteren helemaal vergeten waren om mondvoorraad voor de middaglunch in te slaan. Gelukkig biedt een N1-benzinestation in dat geval steeds een fast food noodoplossing. We pauzeerden in Sauðarkrokur en troostten onszelf na een burger met frieten met een ijsje - we zijn tenslotte toch in IJSland? IJsjes zijn in IJsland bovendien net iets anders dan bij ons: om te beginnen is het steeds soft ice. Het gedraaide hoorntje wordt vervolgens ondersteboven in de warme chocolade gedopt, die door het contact met het koude ijs onmiddellijk stolt. Heel belangrijk hierbij is het ijsje diep genoeg in de saus te duwen, zodat de chocolade mooi tegen het hoorntje plakt. Onze brave jobstudent deed zijn best, maar faalde helaas...Resultaat: een onderaan 'niet-gesloten' uitlopend ijsje en vier druppende, smossende, prutsende, plakkende Belgen op het trottoir van de zaak.

We vervolgden de kustlijn via de Vatnsnesvegur (Vatnsnesweg). Sven, Catharina en Annie gingen onderweg even wandelen langs de kliffen en rond een uur of zes bereikten we hobbelend over de gravel ons doel. Na het avondeten stond een obligate groet aan de zeehonden op het programma, maar echt dichtbij wouden de fotogenieke curieuze losbollen toch niet komen. In onze dromen die erop volgden, deden ze de wildste dingen... 

donderdag 20 juni 2013

IJSLAND 2013 - dag 3: expeditie Askja

Early rising. Om 7u20 kwam Sæmundur van Geo Travel ons ophalen voor onze dagtrip naar de knoop! We doorkruisten de Misdadigersvlakte, reden een paar keer door de Jökulsá a fjöllum, omzeilden de koningin van IJsland en klommen gestaag voorbij de sneeuwgrens... Even verduidelijken?

Het hart van het land is desolaat, onbewoond en ruw: schijnbaar eindeloze lavavelden worden hier en daar doorkruist door gletsjerrivieren en ingesloten door besneeuwde bergtoppen. Met grijs als hoofdkleur, potentieel veel wind, amper een grasspriet en gesteente in alle formaten, heeft het iets weg van een maanlandschap en de NASA gebruikte het gebied dan ook als trainingsoord voor de Apollo-vluchten. Aangezien ook schapen het er amper uithouden, vonden de Oude IJslanders het gebied dan weer uitermate geschikt voor verbanning. Slaagde je erin om 20 jaar in de onherbergzaamheid te overleven, dan waren ze wel bereid gratie verlenen...aldus de overlevering :-) Ódádahraun of de 'woestijn van misdadigers' dus.

We waren de eerste expeditie van het seizoen en niemand wist precies wat de toestand van de route was. Sæmi had met Penni afgesproken, zodat we steeds met twee superjeeps samen konden blijven - iets dat nog handig zou blijken toen we ons op terugweg vastreden in de smeltende sneeuw. De weg naar Askja was nog afgesloten, wat betekent dat ook de 'gewone' 4x4's er niet door kunnen. Na een paar uur doemde de 1.682m hoge Herdubreid of 'breedgeschouderde' verhuld in de wolken voor ons op. De berg wordt ook wel de 'koningin van IJsland' genoemd en speelt voor de locals een belangrijke rol.

De route begon meer en meer putten en brokken te vertonen en de over te steken sneeuwvelden werden steeds groter. De zon brak door de wolken en hoe hoger we klommen, hoe warmer het schijnbaar werd. We picknickten aan de hut van Drekagil. We waren nog een goeie 8km en niveauverschil van 500m van de Askja verwijderd. Eens boven, zagen we de immense kraterwand met een diameter van 8km en een uitgestrekte, over te steken sneeuwvlakte. De slee werd van het dak van de jeep gehaald en het echte avontuur kon beginnen! Ongeveer 2,5km verderop lag het -tot onze verbazing nog volledig bevroren - Öskuvatn-kratermeer en de dampende Viti-krater. Hier verdwenen in 1907 twee Duitse geologen en tot op vandaag is niet geweten hoe en waarom. Spannend.



Spannend? Als je met Lies onderweg bent, zelfs in een onmetelijke witte vlakte, weet je dat het er spannend aan toe gaat! Nee, wij zijn nog niet in de Himalaya, maar hier staan er plots drie sherpa's klaar om onze queen of Askja ter bestemming te brengen. Op haar royale slede, deze keer niet met huskies, wordt our lady of Vinderhoute getrokken door Sæmi, met koord rond middel, en door sherpa Penni en sherpa Sven afwisselend verder geduwd. Deze laatste doet het eigenlijk te goed, want de koord hangt te slap... Was het maar alleen trekken? Onder de brandende zon stappen wij met zijn tienen verder, zakken wij diep , soms tot kniehoogte in de sneeuw weg. Afzien, zweten, vallen, opstaan, nauwelijks tijd om rondom jou te kijken! Wat een manier om het binnenland van IJsland te ontdekken...Mama Annie kan het ritme vam sherpa Sæmi niet aanhouden. Maar mama Fatima geeft niet op, en bereikt de kraters! De verwondering, de schoonheid, het grootse, het pure overvalt ons. Stilzwijgend proberen wij dit in ons op te nemen. En wat het zo bijzonder maakt is dat Lies door onze sherpa's zelfs tot aan de rand van het kratermeer wordt gedragen, en hé Lies, niet alleen een unieke en bijzondere ervaring, maar voor ons allen!




Diep intens gelukkig, en ook al moe in de kuiten beginnen wij aan de afdaling van 3.125m tot op 2.800m tot wij aan de super 4x4 terugstrompelen. En nu denken wij met zijn vieren dat het allemaal achter de rug is. De way back met Sæmi in zijn testeron 4x4 blijkt niet van een sneeuwdakje te lopen. Al vlug geraken wij gestremd door de zachte en kletnatte sneeuw, die gesmolten is in de diepe sporen tijdens deze dag, die wij nog in de vroege morgen hadden getrokken. En ja, wij waren 'stuck in the middle of the snow', en sherpa Penni moest ons met zijn monstervehikel uit de diepe Askjasporen trekken. We geraakten 'safe and sound' terug terplekke na ongeveer 14 uren avontuur. Moeten wij nog verder vertellen....? 

IJSLAND 2013 - dag 2: een zonnige zomerdag in het noorden

We zijn de nacht goed doorgekomen in ons 4-persoonskamertje in de jeugdherberg van Akureyri. We werden moeizaam wakker achter de gesloten gordijnen, maar daarachter deed de zon haar best om ons toch tot leven te wekken. Sven deed de rolgordijnen naar boven en keek tegen een helblauwe wolkenloze lucht aan. Annie en Lies waren direct enthousiast en veerden rechtop, maar Catharina bleef achter haar blinddoek en met de oordoppen in lustig verder slapen. Na een tijdje veerde ze toch rechtop en dacht ze een gat in de dag te hebben geslapen, terwijl wij zogezegd geduldig zaten te wachten tot ze zou wakker worden. Alsof wij de goedheid zouden hebben om zolang te wachten.

Sven ging gauw op zoek naar broodjes en ingrediënten voor een copieus ontbijt en vond die gelukkig niet ver van de jeugdherberg. Vers gebakken brood, lekkere koffiekoeken en fruitsap werden naar de keuken van de jeugdherberg meegebracht en niet veel later konden we ons tegoed doen aan allerlei lekkers.

Nadat we onze chaos in de kamer hadden geordend en alles mooi in de auto hebben geladen konden we eindelijk vertrekken. We waren nog niet volledig op weg of maakten reeds rechtsomkeer naar het centrum van Akureyri, omdat Catharina zich gelukkig op tijd herinnerde dat zij nog een kaart voor haar fototoestel nodig had. Van het een kwam het ander en voor we het wisten werden ook reeds andere winkels aangedaan. Enfin, om een lang verhaal kort te maken, na goed een klein uurtje reden we weer het centrum van Akureyri uit in de richting van het noorden.

We keken uit over de Eyjafjord en de tegenover liggende nog steeds overvloedig besneeuwde bergtoppen, die schril afstaken tegen de felblauwe hemel en het diepblauwe water. We stopten eerst in Dalvík, een klein havenstadje op de westelijke oever van de Eyjafjord, waar we een wandeling maakten door de haven. Hier vertrekt de boot naar Grimsey, een eilandje dat op ongeveer 40 kilometer vóór het IJslandse ‘vasteland’ pal op de poolcirkel ligt. Hoewel de zee heel kalm leek en er waarschijnlijk geen gevaar was om zeeziek te worden kozen we er toch voor om veilig aan wal te blijven.



Onze reis werd verder vervolgd in de richting van Olafsfjordur. We kwamen steeds dichter bij de open zee en het omringende landschap werd alsmaar imposanter. Voordat we een tunnel indoken besloten we halt te houden en te picknicken op een prachtig gelegen halteplaats, met zicht op de Noordelijke IJszee. Als je heel goed keek kon je zelfs het eilandje Grimsey zien liggen, ruim drie uur varen vanaf de kust. De picknicktafel en de kampeerzeteltjes werden uit de dakkoffer gehaald en we genoten ten volle van de zon , het uitzicht en het lekkere eten.
Nadat we onze inwendige mens hadden versterkt ruimden we op en reden eerst door een 3 kilometer lange tunnel naar Olafsfjordur, een ingeslapen havenstadje dat we links lieten liggen. In plaats daarvan reden we verder naar Siglufjordur, een vissersplaats die vroeger vooral belangrijk was voor de haringvisserij in IJsland. Vroeger was deze plaats enkel te bereiken via een moeilijk toegankelijke bergpas, maar sinds 2010 verbinden twee tunnels van telkens bijna 5 kilometer lang het door hoge bergen ingesloten havenstadje van nauwelijks enkele honderden inwoners met het achterland.

In Siglufjordur bezochten we het befaamde haringmuseum, dat gehuisvest is in prachtig gerestaureerde industriële pakhuizen uit de gloriedagen van de haringvisserij. Je kon er in een mooi opgezette tentoonstelling het harde leven van de haringvissers voor de geest halen. Helaas, de haring trok weg uit de IJslandse wateren en de haringvisserij ging teloor. Vandaag is Siglufjordur niet meer dan een klein havenstadje in het noorden van IJsland en probeert te leven van wat toerisme en kleinschalige visserij.

In de vooravond trokken we terug in de richting van Akureyri en reden we verder naar het 100 kilometer oostelijker gelegen Myvatnmeer. Rond 19 uur kwamen we aan in Reykjahlid, de hoofdplaats van de regio, maar eigenlijk niet meer dan een samenraapsel van een hotel, een restaurant, een supermarkt annex benzinestation en wat samengetroepte huizen.
Na het avondeten maakten we in de omgeving nog een kleine avondwandeling in Dimmuborgir, een gebied met prachtig gevormde lavaformaties, maar we gingen dan snel naar ons hotel toe om onder de lakens te kruipen.

Morgen zullen wij immers vanaf Myvatn een georganiseerde tocht met een superjeep naar de Askjakrater in het binnenland maken. Om 7.20 uur worden we reeds opgehaald door Saemi, een doorgewinterde IJslander die onze gids en chauffeur zal zijn. Lies zal jullie hierover morgen uitgebreid verslag doen.
                  

  

dinsdag 18 juni 2013

IJSLAND 2013 - dag 1: to wet the appetite

Toeval bestaat, het is weer eens bewezen! Ons thuisfront is nu niet bepaald een denderend grote stad, maar we vertrokken vanmorgen in Gent-Sint-Pieters samen met de buren van een paar straten verder: zelfde vlucht en zelfde bestemming en mekaar op het spoor gekomen via, jawel... deze blog!... Catharina stond ons al op te wachten in Zaventem, de vakantie kon beginnen.
 
Nog niet half op weg, werden we meteen geconfronteerd met de ware IJslandse aard. Excuses voor het inzetten van een iets ouder toestel zonder in elke vliegtuigzetel ingebouwd persoonlijk multimediasysteem en compensatie met gratis drank en sandwiches voor iedereen. Ruim 14 uur voorbij, hadden onze magen hiervoor niet het minste bezwaar! Dat is geen toeval!

Eens geland, begaven we ons als volleerde IJslandreizigers meteen naar de ticketbalie van de flybus en vervolgens naar de bus zelf. Even checken of de bus wel stopt aan Reykjavik Domestic Airport en hoe lang die er precies over doet, want we zouden er toch tegen 17u ten laatste moeten zijn... De IJslander antwoordde in koelen bloedde: onmogelijk! De vlucht van 17u30? Haal je nooit. Een lichte opwelling van paniek brak uit, de tickets voor de flybus werden ogenblikkelijk terug gebracht en de kwestie werd aan de eerste beste taxichauffeur voorgelegd. In even koelen bloedde antwoordde die: give me 45 minutes, no problem, we can make it. En inderdaad, plenty of time... de lupinen waren nog klein in het zuiden en de hoofdstad werd bedreigd door donkergrijze wolken. Toeval?

We mochten als eerste boarden in de propeller Fokker en kozen alledrie resoluut voor een plaatsje aan het raam om toch zeker een glimp van het binnenland te kunnen opvangen. Tot bleek dat er paar medepassagiers bleven ronddraaien in de middengang en er op kassaticketje alias boarding pass eigenlijk een stoelnummer stond...
 
Halfweg de vlucht kwamen er gaten in de bewolking en verschenen de besneeuwde bergen onder ons. Eens in Akureyri scheen de zon en dat deed ook Sven toen we mekaar troffen in de piepkleine luchthaven! Daar moesten we op gaan klinken... en wie ons een beetje kent, weet dat dat zeker geen toeval kan zijn!



Sven en zijn drie vikingvrouwen

donderdag 30 mei 2013

IJSLAND 2013 - May the circle be unbroken

Viking Sveinn en een deel van onze bagage zijn sinds gisteren opnieuw vertrokken naar Europa's meest noordwestelijke uithoek. Jawel, het afwerken van de cirkel drong zich op.  Amper een goed half jaar geleden genoot grootva er op zijn laatste avontuur als wereldreiziger van de prachtige herfstkleuren, en toegegeven, het zal zeker door ons hoofd spelen bij het landen in Keflavik. Met exact hetzelfde team als op onze eerste vikingexpeditie werken we nu het laatste stukje ringweg af, proeven we voor het eerst echt van het woeste binnenland en kronkelen we in volle midzomernachtzon door de extreem dunbevolkte Westfjorden. Noem het 'IJsland voor gevorderden'. We tellen af...

De vooropgestelde reisroute: